donderdag 24 september 2015

Tekenen in het Rifgebergte

Het hoogste deel van het Riffgebergte met z’n sneeuwtoppen lag achter ons. De weg daalde en kronkelde. Verdwenen waren de ceders en eiken. Het landschap had nog steeds iets onverbiddelijks. Ik was gefrustreerd, want wat we zagen was onmogelijk te vatten in een tekening. De weg lag zo hoog en de vallei was zo breed en diep, de overkant zo ver en vaag, dat er gewoon geen voor, midden en achtergrond was. Na het intermezzo met de ploegende landarbeiders begon het landschap langzaamaan weer dichterbij te komen. De rondingen werden zachter en de velden groter. Hier werd met tractoren geploegd. Er doken steeds meer bloeiende amandelbomen op en vrouwen, want die hadden we ook in lange tijd niet gezien. We waren aan de oostkant van het Rifgebergte beland waar het landschap schraler was dan buiten Tetouan en lang niet zo vruchtbaar. Maar we waren wel weer terug in de bloeiende lente wereld. Even voor Tarquist sloeg Mohammed ineens van de hoofdweg af een smalle landweg in. We reden stijl naar beneden richting Middellandse Zee: bloeiende fruitbomen, rijpende peulvruchten op het veld, charmante boerendorpjes, schoolkinderen, koeien en iets wat ik niet kende: stro-oppers.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten